Categorieën
Analyses Formatie Voorpagina

Rutte-1 ondermijnen doe je zó

Mark Rutte kan in principe bogen op een zeer kleine meerderheid van VVD en CDA, dankzij de gedoogsteun van de PVV van Geert Wilders. Maar uit het regeerakkoord blijkt dat Rutte meerderheden zal moeten gaan zoeken met andere partijen voor een reeks voorstellen. Dit maakt de oppositiepartijen in de Tweede Kamer zeer machtig en zij kunnen Rutte’s kabinet compleet in de tang nemen indien zij dat willen.

Dat kan door ‘linkage’, het concept dat de voormalige Amerikaanse diplomaat Henry Kissinger tijdens de Koude Oorlog tot een kunstvorm verhief. Die kwam er in het kort op neer dat de VS bereid waren tot concessies, mits er op andere vlakken, en op een ander onderwerp concessies door de tegenpartij gedaan werden. De VS boden dan bijvoorbeeld graanleveranties aan Rusland aan, als de Russen instemden de militaire hulp aan Egypte met een X-bedrag te verkleinen. Keiharde koehandel, dus, maar in een soort driehoeksmodel.

In het Amerikaanse Congres doen de Republikeinen en Democraten al jaren niet anders dan elkaar op die manier in de tang nemen, of juist moeilijk te slikken voorstellen tóch geaccepteerd krijgen. In Nederland doet het ook opgeld.

Neem de Voetbalwet. Daar staan inderdaad veel maatregelen in die geweld door voetbalhooligans moeten voorkomen, maar er staat óók in dat gemeenten samenscholingsverboden kunnen opleggen in wijken. Dat is eigenlijk een amendement dat werd toegevoegd aan de Voetbalwet om de steun van een meerderheid in de Kamer te garanderen voor de Voetbalwet.

De oppositiepartijen in de Tweede Kamer kunnen dit systeem handig gebruiken om Rutte in flinke politieke problemen te brengen.

Stel, Rutte krijgt geen steun van de PVV voor een bepaald voorstel uit het regeerakkoord.Dat hoeft namelijk niet, zoals staat beschreven op pagina 4 van het regeerakkoord:

“De ingrijpende besluiten die in het gedoogakkoord zijn opgenomen hebben de steun van de fracties van VVD, PVV en CDA. Bij voorstellen uit het regeerakkoord kan de PVV-fractie tegenstemmen. Moties van wantrouwen en afkeuring zullen – voor zover het maatregelen uit het regeerakkoord betreft – door de PVV niet worden gesteund.” (link – PDF alert)

Hij moet gaan shoppen bij de PvdA. Die partij heeft 30 zetels in de Tweede Kamer, wat het totaal aantal zetels met CDA en VVD op 82 brengt, en bovendien hebben het CDA en de VVD dan ook een meederheid voor het voorstel in de Eerste Kamer. Steun krijgen van de PvdA komt dus goed uit.

Het voorstel is in principe niet één waarover de PvdA direct het kabinet wil laten vallen. De PvdA heeft immers in een (uitgelekt) strategiestuk laten doorschemeren dat men best constructief wil zijn, mits er voor de PvdA goede compromissen gesloten kunnen worden.

Maar de PvdA kan wel met een amendement op het voorstel komen dat rechtstreeks in gaat tegen een afspraak in het gedoogakkoord met de PVV. Van de PvdA hoeft de PVV echter weinig medewerking te verwachten. Dus zal de PVV eisen dat VVD en CDA het hele voorstel intrekken, anders trekt de Geert Wilders zijn gedoogsteun aan het kabinet weer in.

Gevolg: impasse, zonder dat de PvdA bewust politieke obstructie verweten kan worden. Zelfs als de VVD, het CDA en de PVV bij de Statenverkiezingen van 2 maart 2011 een meerderheid in de Eerste Kamer behalen, kan de PvdA – op wie CDA en VVD eigenlijk aangewezen zijn voor steun voor onderdelen van het regeerakkoord waar de PVV tegen is – op deze wijze het kabinet lam leggen, zonder daarvan de schuld te krijgen. Het is immers de PVV die in de beeldvorming de kont tegen de krib gooit, terwijl de PvdA kan zeggen dat men zich constructief heeft opgesteld.

Ze laten het kabinet niet vallen, maar ze kunnen Rutte wel pijnlijk laten bungelen.

Alleen een combinatie van SP, D66 en Groenlinks biedt naast de 30 zetels van de PvdA het minderheidskabinet een grotere meerderheid in de Tweede Kamer, maar het is onrealistisch om te denken dat die drie partijen vaak gemeenschappelijke grond zullen vinden voor samenwerking met het kabinet van CDA en VVD. Het minderheidskabinet zou dan bij Groenlinks, D66 en de Christenunie moeten gaan bedelen om zetels. Maanden onderhandelen met drie andere partijen over één voorstel is voor Rutte vast een weinig aanlokkelijk perspectief.

Rutte begrijpt dat hij de komende kabinetsperiode op eieren zal moeten lopen om zijn ploeg op het pluche te houden. Het moet slagen, want hij heeft veel te verliezen. Het hielp daarom niet dat hij riep dat het regeerakkoord er één is waarbij “rechts de vingers aflikt”, want dat is tegen de haren instrijken van de SP, Groenlinks en PvdA, partijen die hij nodig heeft. Vandaar dat hij begonnen is aan operatie Boetekleed.

Bezien moet worden of het helpt, en hij een koersvaste premier zal blijken te zijn, of een gegijzelde van de Kamer.

Doe de poll!

[poll id=”9″]

(Foto: Creative Commons)