Categorieën
Analyses

Links heeft geen ideeën

|“Wij hebben geen antwoorden”, verzuchtte een gepijnigde PvdA’er. En dat klopt, linkse partijen zitten in heel Europa met de handen in het haar, vooral wanneer zij in de regering zitten. Tijdens de verkiezingen voor het Europarlement verloren met name de gematigd-linkse partijen zwaar in vrijwel heel Europa, en ook tijdens verkiezingen in landen als Italië en Duitsland verloren de sociaaldemocratische partijen. In Groot-Brittannië en Nederland stevenen de sociaaldemocraten af op historische nederlagen. Alleen de extremere linkse partijen gedijen in de oppositie. Het probleem is dat de sociaaldemocratische partijen geen ideeën hebben. Hierdoor lijken de rechtse partijen wél over ideeën te beschikken.

|Antwoorden, dat zoeken de sociaaldemocratische partijen in Europa. Antwoorden vooral op de economische recessie die de afbraak van oude zekerheden versnelt. Kiezers zijn des duivels dat de zaken waarvoor zij jarenlang premies hebben afgedragen, nu worden wegbezuinigd of omgezet in minder aantrekkelijke regelingen. Ook zijn ze ronduit bang. Uit diverse grootschalige onderzoeken blijkt al zeker 10 jaar een grote angst over de toekomst. Mensen vragen zich in alle ernst af of hun kinderen net zo’n verzorgingsstaat zullen hebben als die waarvan zij 50 jaar lang konden genieten.

De kosten van de verzoringsstaten gieren de pan uit. Toch zijn miljoenen Europeanen op de voorzieningen aangewezen, voorzieningen waarin ook de sociaaldemocratische partijen nu de bijl zetten ten behoeve van de toekomstige betaalbaarheid, of omdat er snel geld nodig is om economische stimuleringsmaatregelen te betalen. Neem Duitsland. Daar heeft de regering van CDU-SPD de staatsschuld fors laten oplopen om de economie te stimuleren. De zorgen van Duitsers om het voorzieningenniveau zijn niet veranderd, maar een rechtse partij als de FDP kon diezelfde kiezer tijdens de campagne duidelijk maken dat de staatsschuld te groot is geworden, en dat er dus bezuinigd moet worden om voorzieningen overeind te houden. Die staatsschuld en de angst werden een echte issue tijdens de campagne. De FDP gebruikte eigenlijk een links argument.

De SPD had tegelijkertijd eigenlijk geen boodschap voor de toekomst, anders dan dat men zo’n beetje wilde behouden wat er nu is. Dat was een weinig motiverende boodschap, ook al omdat de SPD in het recente verleden bewezen heeft dat het best kan bezuinigen en hervormen als het wil. Zie de Agenda 2010 die de voormalige SPD-kanselier Gerhard Schröder invoerde. Die werd tijdens de laatste verkiezingscampagne door CDU-kanselier Angela Merkel opeens bestempeld als “hard”.

En dat is ook iets waar de linkse partijen geen antwoord op hebben: rechts-conservatieve partijen die zich opeens op hun speelveld begeven, met nationalisaties en enorme geldinjecties in werkgelegenheidprojecten. Dat was altijd het domein van links. De sociaaldemocraten waren stomverbaasd dat niet zij, maar juist de rechtse partijen het minst gehavend de Europese verkiezingen uit kwamen. Dat was minder gek dan het leek. De linkse kiezer bleef thuis en het onderscheid tussen links en rechts was, op economisch gebied, op zijn minst diffuus geworden om dat gematigd-rechtse partijen zich op het gematigd-linkse vlak begaven. De Franse president Nicolas Sarkozy is waarschijnlijk de meest linkse rechtse president in de naoorlogse geschiedenis van Frankrijk.

Nederland
|
Hier heeft links te maken met dezelfde problematiek als in Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, zij het dat hier ook Geert Wilders met zijn PVV op twee ideologische schaakborden tegelijkertijd speelt: de enorme irritatie over door Marokkaanse jongeren veroorzaakte criminaliteit en angst voor de islam, en het dogmatisch linkse schaakbord. Wilders wil alle sociale voorzieningen houden zoals ze zijn, inclusief de AOW-leeftijd die van hem op 65 moet blijven. Het rechts-conservatisme, het afnemende gevoel van solidariteit komt weer tot uiting in zijn voorstellen om “linkse hobby’s” als ontwikkelingssamenwerking en subsidies voor culturele instellingen en integratieprojecten af te schaffen. (Wilders wil kennelijk niet dat mensen hier integreren – de problemen blijven dus, en uiteindelijk moeten mensen zich waarschijnlijk volledig aanpassen of oprotten. Maar dat is een ander verhaal.)

Bij dit alles komt dat als regerende linkse partijen een hervormingsvoorstel doen, dit steeds vaker lijkt op voorstellen die gematigd-rechtse hervormers al jaren doen en waar diezelfde linkse partijen altijd zo fel tegen streden. PvdA-partijleider Wouter Bos opperde deze week nog dat wat hem betreft het basisbeurs-systeem voor studenten omgevormd kan worden tot een sociaal leenstelsel. Linksige ouders en studenten zullen het niet eens zijn met dit idee en dus zal de PvdA waarschijnlijk nog meer zetels kwijtraken in de peilingen. Het gematigd-rechtse CDA verliest in de peilingen ook fors, maar toch minder dan coalitiepartner PvdA – waarschijnlijk omdat veel CDA-stemmers ouderen zijn die hun scheepjes al lang op het droge hebben.

Lichtpuntjes? Weinig. Misschien zelfs geen
In heel Europa zijn voor links maar een paar lichtpuntjes te zien. In Portugal won de Socialistische Partij van Jose Socrates de verkiezingen, in hetzelfde weekeinde als die waarin de Duitse verkiezingen werden gehouden. Portugal is wel een vreemde eend in de bijt. De Socialistische Partij kan met enige goede wil vergeleken worden met de SP hier. De grootste electorale concurrent zijn de Sociaal Democraten, al is die naam enigszins vreemd: de Sociaal Democratische partij is medio jaren ’80 van gematigd-links afgedreven naar gematigd-rechts. (Persbureau Associated Press noemt de Sociaal Democraten ook ‘center-right’. Hilarisch.)

Bij de Duitse verkiezingen won Die Linke, de Duitse SP, een flink aantal zetels en kan zich nu meten met de Grünen in de Bondsdag. De sociaaldemocratische SPD moet echt gaan vrezen voor een totale ineenstorting van de achterban en een ‘party run’ naar Die Linke, tenzij de SPD met antwoorden kan komen.

Voor de PvdA, Labour, de Franse linkse partijen, Italië, Spanje, eigenlijk voor heel Europa geldt dat gematigd-linkse partijen inleveren of kiezers zien weglopen naar partijen aan het uiteinde van het linkse spectrum.

Gematigd-linkse partijen zullen met antwoorden moeten komen op de gematigd-rechtse partijen die zich op hun domein begeven. Ze moeten dat domein weer terugclaimen. Ze zullen met creatieve, nieuwe oplossingen moeten komen voor het ongelooflijk moeilijke voorzieningenvraagstuk. De kiezer laten zien dat gewoon een systeem afbreken, het steeds maar weer langs komen met de kaasschaaf niet de oplossing is. Tegelijkertijd zullen ze duidelijk moeten maken dat de oplossingen die de linksere partijen aandragen niet de juiste antwoorden zijn.

Met de handen in het haar blijven zitten is hoe dan ook geen oplossing.